Eerste masterclass SPDI enthousiast ontvangen
De bijeenkomst vond plaats in het Centraal Vakbondshuis van de FNV en maakt deel uit van een samenhangende reeks. Deze begint op het niveau van de arbeidsmarkt, om via organisatiecultuur uiteindelijk uit te komen bij teams en individuele medewerkers. Tijdens deze eerste bijeenkomst ging Dr. Ronald Dekker (TNO) in op veranderingen en de toekomst van werk. Daarna namen vertelden Stijn de Geus (FNV) & Wieteke Tichelaar (WijTechniek, het ontwikkelingsfonds voor de installatiebranche) ons hoe deze branche omgaat met de vele veranderingen in het werk als gevolg van de energietransitie.
Kunnen, mogen en willen veranderen is belangrijk
Hoe de toekomst van werk er precies uitziet weet niemand, vertelt Dekker in zijn bijdrage. Wel dat hij er anders zal uitzien dan nu. Goed om je te realiseren is dat veranderingen in het werk zelden zo absoluut, onverwacht of voor elke organisatie gelijk zijn als ons soms wordt voorgespiegeld. Vaak zijn ze al langer gaande en gaan ze niet zo snel. Verder is zeker niet iedere technologische innovatie goed of nuttig voor elke organisatie. Wel is belangrijk dat organisatie en medewerker kunnen, mogen en willen veranderen. Duurzaam inzetbaar zijn betekent immers dat je succesvol kunt blijven omgaan met nieuwe ontwikkelingen. Dat doe je door voortdurend kleinere en grotere veranderingen door te voeren en als werkgever en werknemer in gesprek te zijn. Wat betekenen innovaties voor het werk? Hoe kan de organisatie het verandervermogen van medewerkers gebruiken?
Ons verandervermogen kan en moet veel beter
Omgaan met veranderingen wordt lastig als gezondheid, veiligheid en/of leren en ontwikkelen op het werk onder druk staan. Dekker noemt het zorgelijk dat de aandacht voor arbeidsrisico’s volgens de Werkgeversenquête Arbeid (WEA) van TNO tijdens de coronapandemie is gedaald. Ook de skills mismatch op de arbeidsmarkt is een punt van zorg. Werkgevers achten werknemers steeds minder in staat om hun functie in de toekomst goed uit te oefenen. Verder vraagt de organisatie van werk om aandacht, in het bijzonder bij de flexkrachten die bij duurzame inzetbaarheidsbeleid vaak tussen wal en schip vallen. Wat organisaties wél doen op het gebied van duurzame inzetbaarheid van hun medewerkers spitst zich volgens de WEA toe op individuele aanpassing van werktijden (26%), extra vrije dagen voor ouderen (24%) en taakverlichting (19%). Preventieve en amplitieve maatregelen die van belang zijn voor het vermogen om te veranderen scoren duidelijk lager.
De installatietechniek heeft veranderopgaven te over
Als er één branche is die voor grote veranderingen in het werk staat, is het wel de installatiebranche. In de inspirerende bijdrage van WijTechniek vertellen Stijn de Geus en Wieteke Tichelaar hoe werkgevers en werknemers in de branche omgaan met de vele uitdagingen die de energietransitie oplevert. De snelle opmars van zonnepanelen en warmtepompen heeft niet alleen impact op de bedrijfsstrategie, maar ook op de eisen die het werk stelt. Naast technische kennis moeten vakmensen in toenemende mate ook soft skills in huis hebben. Zodat niet alleen de technische uitvoering, maar ook het contact met de klant soepel verloopt.
Theaterprogramma laat deelnemers de toekomst ervaren
Op zoek naar het gedeelde belang voor werkgevers en werknemers ontwikkelde de branche samen met Theatermakers Radio Kootwijk het Huis van Sarah. Onder het motto ‘Wat is jouw weg naar 2025 en hoe zie je jouw rol in 2040?’ ervaren deelnemers wat er de komende tijd te gebeuren staat. Het programma ‘…opent je ogen, stelt je vragen, en zet je aan het denken over hoe jij het verschil kan maken in de toekomst van de samenleving.’ Aansluitend geven de sociale partners via in-company trajecten, regionale kennisbijeenkomsten en eventueel ook loopbaangesprekken verder handen en voeten aan een mogelijke toekomst. Zo komt een gesprek tussen werkgevers en werknemers op gang over de toekomst van het werk in de organisaties waarin zij samenwerken.