skip to main content
11 juni 2021

Rekenmodel MDIEU: zo werkt dat

Sectoren kunnen MDIEU-subsidie aanvragen voor de combinatie van vervroegd uittreden en afspraken over duurzame inzetbaarheid of alleen voor duurzame inzetbaarheid. In beide gevallen moet de sector ook zelf bijdragen aan de kosten. Wat de kosten zijn en wat het oplevert, reken je niet zomaar uit op een bierviltje. Je moet rekening houden met investeringen in de regeling vervroegd uittreden (RVU) en duurzame inzetbaarheid, subsidiebijdragen, eigen bijdragen en eventuele inverdieneffecten. Variabelen die per sector uiteenlopen en niet zomaar vast te stellen zijn. Daarom gebruik je het Rekenmodel MDIEU Basis in samenwerking met een ervaren SPDI-adviseur.

Gegevens verzamelen en analyseren

Het Rekenmodel MDIEU Basis geeft een indicatie van het resultaat onder aan de streep, maar het is geen plat invulmodel. Het kan een flinke uitdaging zijn om daarvoor de juiste gegevens te vinden. Hoe kom je aan harde data uit de sector? Op welke manieren kun je data van individuele bedrijven gebruiken? En hoe bepaal je wat ‘zwaar werk’ is en welke werknemers dus in aanmerking komen voor de RVU? Voor een beargumenteerd antwoord op deze vragen is een zorgvuldige en weloverwogen analyse nodig. Het geheel gaat dus veel verder dan enkel wat cijfers verzamelen. Dat is zeker het geval als je de feitelijke RVU-berekening moet maken voor de aanvraag van de MDIEU-subsidie. Zie ook dit praktijkvoorbeeld uit de schoonmaaksector.

Potentiële doelgroep vaststellen

Een eerste inschatting van het aantal potentiële deelnemers aan de RVU is belangrijk om tot een voorlopige kostenindicatie te komen. Daarvoor is het eerst zaak om vast te stellen hoeveel medewerkers zijn geboren van januari 1955 t/m september 1961. Vervolgens is de vraag welk deel van hen ‘zwaar werk’ doet (in onderstaand voorbeeld 33% van 1.392 = 459). Dit klinkt makkelijker dan het in werkelijkheid is: vaak verschillen werkgevers en werknemers van mening over ‘zwaar werk’.

Deelnamepercentage

Na vaststelling van de potentiële doelgroep is het mogelijk een inschatting te maken van het verwachte aantal deelnemers. Dit is afhankelijk van een groot aantal variabelen, waaronder de persoonlijke omstandigheden en de pensioenregeling. Stel bijvoorbeeld dat een sector een goede pensioenregeling heeft. Dan kunnen medewerkers het pensioen mogelijk eerder laten ingaan om hun RVU-uitkering aan te vullen. Dit verhoogt de kans op deelname. Met het verwachte aantal deelnemers (in onderstaand voorbeeld 50% van 459 potentiële deelnemers met een zwaar beroep) en de details van de RVU komt de SPDI-adviseur tot een kostenoverzicht van de uitkeringen.

Inverdieneffecten

Het Rekenmodel MDIEU Basis neemt ook inverdieneffecten mee. Dit zijn mogelijke besparingen als de vervanger jonger is dan de uittreder. We onderscheiden drie vormen:
• Besparing op loon: een nieuwe medewerker start vaak in een lagere loonschaal dan zijn ervaren voorganger.
• Besparing op verlofdagen: medewerkers die lang in dienst zijn, kunnen vaak aanspraak maken op extra verlofdagen op basis van dienstjaren of leeftijd.
• Besparing op ziekteverzuim: de verzuimfrequentie van oudere werknemers is laag, maar als ze uitvallen is het vaak ernstiger. Jongere werknemers verzuimen minder en/of korter.

Deze besparingen nemen we mee, maar het is goed om te onthouden dat dit virtueel geld is. Een minder ervaren kracht heeft vaak meer begeleiding nodig en soms een opleiding. Bovendien is de productiviteit van de nieuwe medewerker vaak (tijdelijk) lager dan die van een ervaren kracht.

Netto kosten

In de MDIEU kun je alleen subsidie aanvragen voor de RVU als die regeling gepaard gaat met een investering op duurzame inzetbaarheid. De bruto lasten van de uitkeringen en de maatregelen voor duurzame inzetbaarheid vormen daardoor samen de totale projectkosten. Aan de hand daarvan kun je de verwachte subsidie berekenen. De maximale subsidie voor RVU-uitgaven is 25% van de noodzakelijke investering. Van de uitgaven voor duurzame inzetbaarheid wordt maximaal 50% gesubsidieerd. Na aftrek van de verwachte subsidie en inverdieneffecten geeft het rekenmodel een inschatting van de netto kosten. Dit drukken we uit in een percentage van de loonkostensom over 5 jaar.

Geen garantie

Het rekenmodel van SPDI biedt handvatten om een beslissing te nemen over het aanvragen van MDIEU-subsidie. Met de uitkomst weet je wat de regeling voor jouw sector betekent en kun je een onderbouwd besluit nemen. Het resultaat van het rekenmodel is overigens geen garantie. Zo is het uiteindelijk toegekende subsidiebedrag onder meer afhankelijk van het totale aantal sectoren dat een aanvraag doet.

Kansen voor jouw sector

Wil je weten wat wij voor jouw sector kunnen betekenen? Het Rekenmodel MDIEU Basis, ontwikkeld met behulp van subsidie van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, is kosteloos in te vullen met een ervaren adviseur. Dit geeft een goed beeld van de kosten en baten van investeren in RVU met de MDIEU-subsidie.

SPDI-adviseurs kunnen sectoren ook helpen met de exacte berekening die nodig is voor aanvraag van de MDIEU-subsidie. Sectoren kunnen daarvoor gebruikmaken van de subsidie voor de sectoranalyse, die aan de MDIEU-subsidie gekoppeld is.